2013 Bikaner

      Geen reacties op 2013 Bikaner

 

Dag 11

Dinsdag 12-02-2013  Op weg naar Bikaner

Goodmorning Jaipur. Heerlijk geslapen, en jammer dat we nu alweer vertrekken uit dit prachtige Heritage hotel. Wat is het genieten hier, en dat doen we dan met een ontbijt, lekker buiten zittend on top floor. Weer een lekkere omelet, ter plekke klaargemaakt, hmmm. Nog een  bakkie tot besluit, en nu is het tijd te vertrekken. Om 9.15u vertrekken we voor onze lange rit naar Bikaner. Eerst even door de chaos van het centrum, maar al snel bereiken we een soort snelweg, die lekker doorrijd. Wat een genot. Wel natuurlijk ook hier het gebruikelijke oponthoud zo af en toe, kuddes koeien en geiten, waar je slalommend tussendoor en omheen moet.

Maar de pret van het enigszins doorrijden is weer snel voorbij, er is een wegomlegging volgens Sushil, en wat voor één. We komen door allerlei voor ons onbekende plaatsjes met weer honderden auto’s, vrachtwagens, fietsen, riksja’s, enz, enz. Als muggen kruisen door en langs elkaar heen, en alles en iedereen toetert, het lijkt wel of we met een claxon op wielen voortbewegen. Maar goed dat ik de Star of India voor m’n brein gekocht heb, das nog enige hulp van bovenaf om niet crazy te worden.

Een uurtje later is deze gekte voorbij en bevinden we ons weer op een soort snelweg. Enigszins saai te noemen maar wel rustig, en dat is toch mooi meegenomen. Zo koersen we verder naar ons wegrestaurant. Hier genieten we van een grill sandwich met kaas en tomaat, drankje erbij, benen strekken, en weer op pad. Er volgt nu een ellenlange rit, en het landschap zie je veranderen in een woestijn. Leuke woestijnhutten, kamelen, mosterdplantages, maar ook kadavers van dode koeien, honden en schapen, voor ons een afschuwelijk beeld, maar hier kijken ze niet op of om.

Maar het is toch niet te geloven hoe lang je hier rijd over 330 kilometer. We komen uiteindelijk pas om 18.30u aan in Bikaner, waar Sushil voor ons hotel Harasar Haveli gereserveerd heeft. Wij klauteren en klimmen ook nog eens effies zo’n 3 verdiepingen omhoog, om de kamer te keuren, en nemen de kamer voor lief. Het is niet echt ons ding, maar we zijn gesloopt, en vinden nu alles oké. Even de spullen ordenen, en nu naar het restaurant een bakkie doen. Leuk restaurantje, maar je durft de kaart bijna niet vast te pakken, toch wel vies hoor.

Dit is toch wel echt India hoor, het is hier zowat standaard. Even later de omgeving even afstruinen, maar er is in de buurt niets te beleven. Paar Indiase shopjes (hokjes) waar ze niets voor onze gading verkopen, en aangezien het al donker is, lopen we maar weer terug naar ons hotel, want hier wil je echt niet verdwalen.

Nu zullen we eens een warm hapje bestellen, daar zijn we wel aan toe. Op de begane grond hebben ze ook een restaurant, en daar ploffen we neer. Hier vullen we de hele avond, want Sushil komt er even later ook nog gezellig bijzitten, en drinken we samen nog wat. We hebben het getroffen met hem, nog steeds gezellig, helpt ons bij alles, lachen heel wat af, echt onze steun en toeverlaat hier, wat voor ons heel belangrijk is.

Dan nog even skypen met het thuisfront, en leuk te horen dat het KOUD is in ons kikkerlandje, hi, hi. Wij zitten hier heerlijk buiten, weliswaar met een vest aan, maar toch! Nu is het weer de hoogste tijd om de oogjes te sluiten, want morgen…………………weer zo’n gruwelijke lange reisdag, we zijn benieuwd of dit sneller gaat.

Dag 12

Woensdag 13-02-2013  Via Bikaner naar Jaisalmer

Weer een nieuwe dag is aangebroken. Na een nachtje op een spijkerhard bed en een lauw doucheje, gaan we naar beneden voor een ontbijt. En dat kan er mee door. Toast met jam en Butter, schaaltje gemengd fruit, een bakkie leut en we kunnen er weer tegen. Nu we wat uitgerust zijn, kijkt het hotel  beduidend beter als toen we gisteren aankwamen hier. Als je zo gaar als boter bent, is de kritiek ook snel gemaakt, dus we stellen onze mening direct bij, het hotel is toch wel leuk om te zien. Een oude Haveli, met leuke details, en 2 leuke restaurantjes.

En wie hebben we daar, Sushil. Die vraagt ons of we toch nog naar de rattentempel willen en of er dan een stelletje uit Chili mee mag rijden daar naar toe. Kweppie is er wel voor in de ratten te bezoeken maar Driekie, die vind het maar niks. Uiteindelijk besluiten we toch te gaan, eigenlijk MOET je dit gezien hebben al je in India bent. Wij om 9.00u op weg naar de Karni Mata Temple (rattentempel) Deze ligt in Deshnok, op weer een behoorlijk afstand.

Even weer in de geschiedenis boeken: Karni Mata is de beschermheilige van de tempel, maar ook van deze streek in Azië. Volgens de overlevering leefde ze in de 14-de eeuw. Deze vrouw verrichtte tijdens haar leven veel wonderen. Zo wist ze haar eigen zoon Lakhan weer tot leven wekken nadat hij was verdronken. De Indiërs geloven dat Karni Mata de incarnatie is van één van de belangrijkste en machtigste godinnen van India: Durga. Karni Mata beschermde haar familie goed. Zo zweerde ze dat haar familieleden nooit werkelijk zouden sterven. Maar ze zouden reïncarneren als ‘kaba’, oftewel een rat. In Deshnoke en omgeving geloven de mensen dat ze afstammen van deze godin. En denken ze dus in een volgend leven terug te keren als rat. En daarom worden de ratten in de tempel aanbeden. En verwend met talloze zoete lekkernijen en ander eten. En krijgen ze veel melk voorgeschoteld. Omdat ze hier zo worden behandeld hebben ze hun angst voor mensen verloren.

Eenmaal bij de tempel moeten de schoenen uit, al kun je wel van die dunne slippertjes krijgen, maar Kweppie is overal op voorbereid. Eerst plastic zakje om de voeten, daar overheen een sok, ze maken mij niet gek hier, ha, ha. Je komt binnen door 2 gigantisch mooie marmeren deuren, en wat je daarachter ziet, gaat alles te boven, hoe kan het bestaan. Honderden ratten die krioelen hier in het rond. Ze hebben een grote binnenplaats tot hun beschikking en er wordt goed voor ze gezorgd. De bevolking van hier gelooft heilig in deze ratten, die zijn hier dan ook druk doende met het gebed. Wat een beleving weer opnieuw. We krijgen tot besluit nog een rode stip op het voorhoofd als offer dat we deze tempel bezocht hebben, thanks, hihi.

Na een poosje vol verbazing rond gelopen te hebben wandelen buiten de tempel nog wat rond. Omdat dit druk door toeristen bezocht wordt, zijn er wat shopjes omheen en zitten er wat interessante mensen op een manier van 100 jaar voor christus werk te verrichten, en ook zo lukt het. Wat zijn wij dan toch een over het paard getild en verwend volkje.

Nu is het weer tijd om het stelletje uit Chili terug naar het hotel te brengen, onze koffers in de auto te laden en te vertrekken naar Jaisalmer. Ook moet Sushil nog even diesel tanken, en een blik op de pomp laat mij zien, 24 liter diesel voor 1340 roepies, wat neer komt op € 0,78 per liter. Voor Indiase begrippen is het behoorlijk aan de prijs, als wij horen wat hier zoal de verdiensten zijn. Nu volgt er een ellenlange route, met 1 stop tussendoor. En aan beide zeiden van de weg is het beeld 300 kilometer hetzelfde, woestijn met wat groens zo af en dan. Wel veel dieren in de natuur gezien, baby kameeltjes van 2 dagen oud, een moeder pauw met dr baby’tjes, een luipaard, ja, ja, wat geweldig dat wij op het juiste moment op de juiste plek voorbij rijden. Dat is maar voor een enkeling weggelegd hier.

De rest krijg je weer tranen van in je ogen, de partij van de dieren moet hier maar eens een bezoekje brengen, dan kunnen ze meteen de partij opheffen, totaal overbodig bij ons, wij gaan echt goed met dieren om, een enkeling nagelaten. Maar hier, de natuur doet zijn werk. Dus in zo’n woestijn, zonder water, liggen weer allerlei schapen, honden, koeien en zoal meer dood langs de weg, en degene die leven, zien er nou niet uit dat ze een welvarend bestaan hebben. We krijgen hier zelfs met de zogenaamde heilige koe medelijden. Maar goed, de tijd schrijd voort en eindelijk zien we rond 18.30u Jaisalmer en het mooie fort verschijnen. Sjonge, sjonge, wat is het reizen hier afzien. Al was het een goede weg voor Indiase begrippen, het autorijden gaat erg traag, dat weten we nu wel zeker. Maar goed, eerst even de ondergaande zon vastleggen, paar foto’s klikken van het fort, en nu snel op zoek naar het hotel wat Sushil voor ons geregeld heeft.

Maar eenmaal binnen, we schrikken er van. Nee, dit is nou niet wat we bedoelen. Kamer zonder uitzicht, naar onze mening saai, het voelt voor ons gewoon niet goed. No problem, Sushil weet een andere goeie optie. Daar eenmaal binnen, blijkt dat we in het vorige hotel ’s morgens ons ontbijt moeten nuttigen. Nou, das geen goed plan. Wij willen gezellig op een roof top restaurant kunnen zitten, met wat meerdere gasten om ons heen, en het liefst zicht op het fort, that’s what we like. Nog eens no problem, Sushil weet nog wel een adresje. Een kamer met een balkon, en een prachtig roof top restaurant, volgens de eigenaar. Wij nemen even een kijkje in dat restaurant. Nou ja zeg, niemand te zien, wat tafeltjes, ijzeren stoeltjes, geen fort view maar hoge wanden waar je niet overheen kunt kijken. O nee hè, wat nu. We durven bijna niet meer te zeggen dat ook dit niets voor ons is. En het is ook nog eens aardedonker, geen idee in welke omgeving we precies zijn, en we weten even niet wat nu te doen.

We besluiten ons eigen plan te trekken, en we laten ons door Sushil afzetten bij het fort, daar hebben we gisteren een hotel afgezegd, en gaan we toch gewoon zelf op zoek naar een vrije kamer. En dat valt niet mee. Om in het fort te komen, is het flink klimmen en klauteren. Eenmaal door de donkere steegjes gaan we een paar verschillende Guesthouses – Hotels bekijken. Maar de kamers die nog vrij zijn, zijn meer backpackers kwaliteit, en daar is helemaal niks mis mee, maar wij willen graag iets meer dan dit. Nu weer terug naar Sushil, die getrouw op de parkeerplaats op ons wacht, want auto’s zijn verboden in het fort. Kweppie weet nog een adres van Tripadvisor, Hotel Fifu, staat goed aangeschreven, dus nu dit maar eens proberen, als dat we er inmiddels helemaal doorheen zitten na deze ellenlange dag.

Aangekomen in Hotel Fifu staat er niemand bij de receptie. Wij roepen, fluiten, maar nee hoor. Kweppie neemt de trap, en MAAR 4 verdiepingen hoger treft ze een heel gezellig dakrestaurant aan met gasten en personeel van dit hotel. Dit kijkt toppie, zo op het eerste gezicht. Nu een paar kamers keuren, en we nemen de rode, met zandsteen wanden en super leuke details. Pfffff, eindelijk, 21.30u en we zijn geland. Moet niet vragen hoe we erbij zitten, maar………………..het kamertje doet ons goed. Wat gezellig hier zeg. Vrij uitzicht, al is het moeilijk te zien waarop, in het donker. Maar dat zien we morgen wel weer. We nemen direct weer de trap naar boven, want liften zijn hier in geen enkel gebouw te bekennen, dat hebben we al wel gezien in alle bezochte hotels. En het restaurant, geweldig. Je kunt er heerlijk zitten, prachtig uitzicht op het fort, en de maaltijden, TOP, we hebben heerlijk zitten smullen.

  

Er rest ons deze dag niet veel meer als even te skypen met het thuisfront, te genieten van het super kamertje, en snel de oogjes te sluiten. Zelfs het verslag schrijven lukt niet meer, de batterij is leeg. Even opladen voor morgen. Truste!

 

Foto’s dag 11 en 12 Bikaner – Jaisalmer